Riolering
Op het onderdeel onderhoud gemalen ontstaat een voordeel van € 20.000. Dit is voornamelijk te wijten aan lagere energielasten en een voordeel op het reguliere onderhoud.
Op het onderdeel baggeren is er een voordeel ontstaan van € 40.000. Het betreft hier de samenwerking met het Waterschap. Vooraf is moeilijk in te schatten hoeveel baggerwerkzaamheden noodzakelijk zijn. In 2020 zijn minder baggerwerkzaamheden nodig geweest dan vooraf werd gedacht. De afrekening aan het eind van het jaar van dan ook aanmerkelijk lager dan geraamd.
Op de overige onderdelen van het taakveld riolering zijn voornamelijk de ramingen voor onderhoudslasten onderschreden (€ 65.000). Jaarlijks wordt een vast bedrag hiervoor geraamd. In 2020 zijn er echter weinig onderhouds- en reparatiewerkzaamheden noodzakelijk geweest.
Daarnaast heeft een inhaalafschrijving van € 45.000 plaats moeten vinden op de rioleringswerken aan de Emmastraat. Deze investering was in 2019 ten onrechte als afgerond beschouwd, waardoor in de raming geen rekening was gehouden met de inhaalafschrijving.
Ten aanzien van de lasten nog het volgende. Conform regelgeving van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is het overschot op het taakveld riolering gedoteerd aan de voorziening. Bij deze storting is rekening gehouden met de daadwerkelijke salarislasten (uren * tarief), ook dit weer conform de geldende regels vanuit het BBV. De geboekte salarislasten (vastgesteld bij begroting) waren lager. Derhalve resteert nu een voordelig saldo op het taakveld van circa € 132.000.
Bij de baten valt te constateren dat deze behoorlijk hoger zijn dan geraamd. De opbrengst rioolrecht en dan met name bij woningen is behoorlijk hoger dan geraamd (€ 244.000). Bij het opstellen van de primitieve begroting halverwege 2019 is nog uitgegaan van de werkelijke opbrengst in 2018. De raming is daarna niet meer aangepast met de door de raad vastgestelde indexeringen/tariefsverhoging in 2019 en 2020 en de areaaluitbreiding in beide jaren. De totale meeropbrengst rioolrecht ten opzichte van 2019 is € 119.000.
Verder is de opbrengst voor aanleg van huisaansluitingen bij particulieren hoger dan geraamd (€ 40.000).
Afval
De kosten voor de afvalinzameling zijn lager dan geraamd. Hieronder de belangrijkste verschillen:
- lagere lasten inzameling huishoudelijk afval (teruggave hoger dan geraamd) € 80.000;
- lagere lasten storten restafval door lagere vermarktings- en sorteerkosten bij OLAZ € 13.000;
- lagere lasten storten gft door lager in rekening gebrachte verwerkingskosten door OLAZ € 8.000;
- lagere doorbelasting van rentelasten over de investeringen € 15.000;
- nadelige exploitatie milieupark, inclusief de niet geraamde aankoop van regentonnen € 25.000;
- meer ontvangsten voor oud papier/glas/plastic en de opbrengst van regentonnen € 60.000;
- de opbrengsten voor reiniging- en afvalstoffenheffing waren hoger dan geraamd € 12.000;
Het overschot op het taakveld afval is gestort in de algemene reserve. In 2016 en 2017 heeft de gemeente forse verliezen geleden op dit taakveld (circa € 636.500). Deze tekorten zijn destijds bekostigd uit de algemene reserve. Sindsdien worden overschotten binnen dit taakveld eerst toegevoegd aan de algemene reserve. Wanneer de tekorten uit 2016 en 2017 weggewerkt zijn, wordt bij eventueel latere overschotten een voorziening gevormd. Van de € 636.500 is ultimo 2020 circa € 353.000 teruggestort.
Milieubeheer
Op dit taakveld zijn geen noemenswaardige verschillen te constateren.