De onroerende zaakbelasting (vervolg: OZB) is een algemene belastingsoort, waarvan de belastingopbrengst niet is begrensd. De opbrengst die via belastingheffing in dit verband wordt gegenereerd is vrij aanwendbaar en niet per definitie gebonden aan bepaalde doelstellingen.
De OZB wordt in beginsel geheven van elk binnen de gemeentegrenzen gelegen onroerende zaak. De waarde die via de wet Waardering Onroerende Zaken is toegekend aan iedere onroerende zaak, wordt als grondslag gehanteerd voor de heffing van de OZB (artikel 220 van de Gemeentewet).
Belastingplichtig zijn diegenen die de onroerende zaak gebruiken (gebruiker) of er het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht (eigenaar) van hebben.
De waarde wordt jaarlijks vastgesteld op grond van de wet WOZ. Dat houdt in dat voor 2020 als waarde-peildatum 1 januari 2019 geldt. Het uitgangspunt voor de begroting was de stijgende waardeontwikkeling woningen, wat de opbrengst onroerende zaakbelasting zou laten toenemen met een gelijkblijvend tarief voor woningen.
Gelet op de nieuwe waarde vaststelling en de geraamde opbrengst zijn de volgende tarieven voor 2020 gehanteerd.